Door Annelies Graafsma
GRAVE – Marion Vermeulen, tuinontwerper van De Buitenkamer in Gassel, is spil in de organisatie van geveltuintjes in de oude kern van Grave. Samen met medewerkers van Mark van Dijk van de gemeentewerf in Velp maakt ze zich sterk voor een groenere binnenstad. “De oude stadskern wordt steeds groener. Dat motiveert. Mensen zien de geveltuintjes en worden zelf enthousiast er ook aan te beginnen.”
“De naam van mijn bedrijf, De Buitenkamer, is niet zomaar gekozen. Het zegt veel over mijn denkwijze. De ruimte rondom je huis kan je als je het goed inricht, beschouwen als een extra kamer, een aanvullende leefruimte. In de binnenstad is die ruimte geen grote tuin maar zo’n geveltuintje brengt je toch naar buiten. Je moet water geven en de planten verzorgen. Je ontmoet andere mensen. Het kan je ontspannen, je bent actief bezig. Sommigen zetten zelf een bankje buiten. Anderen genieten vanuit hun huis van een geveltuintje aan de overkant van de straat. Het doet iets met mensen”, vertelt Vermeulen.
Vermeulen is als vrijwilliger betrokken bij de geveltuintjes. Het geveltuineninitiatief komt voort uit het regionale project ‘Klimaatbestendig Land van Cuijk’ en het project ‘Groen Grave’. Dit project startte in 2015. “De eerste vijf rondes hebben we betaald uit een geldpotje van ‘Kern met Pit’. Toen dit leeg was heeft de Stichting Historisch Groen Grave het project voortgezet. In het kader van het vergroenen van de versteende omgeving van de binnenstad heeft de stichting een subsidie van het Prins Bernard Cultuurfonds gekregen: ‘Buurtnatuur en buurtwater’. Het idee is dat vanwege de klimaatveranderingen met periodes van langdurige droogte aan de ene kant en hevige buien aan de andere kant, water gemakkelijk de grond in moet kunnen en dat de grond het water beter en langer vast moet kunnen houden.”
Marion Vermeulen: “We zien de vraag naar geveltuintjes toenemen, je kunt ook nog steeds een tuintje aanvragen. Vooral in de Hamstraat en Klinkerstraat zie je al veel bloeiende tuintjes, maar ook op de Markt, goed voor de biodiversiteit en tegen hittestress in de versteende binnenstad. De Oliestraat is nu nog een kale straat, maar als de nieuwbouw gereed is, komt ook hier veel meer groen. De gemeente werkt hieraan mee, maar ik ben van mening dat je ook als bewoner zelf een verantwoordelijkheid hebt. En met een beetje goede wil snijdt het mes aan twee kanten: de gemeente zorgt voor een strak aangelegd tuintje met grond en zelf zet je er mooie plantjes in en houd je de zaak bij. Naast plezier dat plantjes, vogels en vlinders geven, doe je zelf iets aan het ‘klimaatproof’ maken van de omgeving. Wat het ook oplevert zijn contacten in de buurt: mensen zijn meer buiten, maken gemakkelijker een praatje en zo maak je de straat niet alleen mooier en groener maar ook gezelliger.”